Organische zuren

In het kort kun je organische zuren definiëren als chemische  verbindingen van koolstof met waterstof, dat, in water opgelost, een waterstofion afstaat. De losse waterstofionen in het water zorgen ervoor dat de oplossing zuur is. Het zijn doorgaans zwakke zuren.

Organische zuren werden vroeger alleen aangetroffen in levende organismen, vandaar de naam. Tegenwoordig worden ze veelal vervaardigd in de chemische industrie als o.a smaakverbeteraar en conserveringsmiddel.

Voorbeelden van organische zuren. 

Kiezelzuur

Organisch kiezelzuur is een van de meest voorkomende stoffen op aarde. Het zijn silicaatverbindingen en bijna de hele aardkorst bestaat daar uit. Sommige planten kunnen in water oplosbaar kiezelzuur uit de bodem opnemen en opslaan in hun organisme.

Kiezelzuur is ook een belangrijk element in het menselijk lichaam en dan vooral in haren, huid, bindweefsel en nagels. Kruiden die kiezelzuur bevatten kunnen in het lichaam tekorten aan de stof aanvullen.

Kruiden die veel kiezelzuur bevatten zijn onder meer heermoes, brandnetel en kamille

Mierenzuur

  

Ook wel Methaanzuur genoemd. Het is een sterk bijtend organisch zuur dat bij veel dieren en planten voorkomt. Zij gebruiken het als afweermechanisme. Vooral mieren –vandaar de naam- maken gebruik van het zuur, maar ook bijen en wespen verdedigen zich ermee. In de plantenwereld is het vooral de brandnetel, die zich heeft gewapend met mierenzuur om zich belagers van het lijf te houden.

 

Rozemarijnzuur

 

Deze stof geldt als een anti-oxidant en helpt celschade te voorkomen. Het is goed opneembaar door het lichaam en versterkt de natuurlijke afweer, vooral wanneer die is verminderd door stress, ouderdom of slechte voedingsgewoonten.
Verder heeft rozemarijnzuur anti-allergische eigenschappen door het vermogen het vrijkomen van histamine in het lichaam te voorkomen.

Rozemarijnzuur komt onder meer voor in rozemarijn en citroenmelisse.